WANDELING

 

Mijn schoenen groeien aan
met tijd, met klei
tot modderige landschappen

waaruit later, al barstend
geuren van deze tocht als een film
aan mijn neus voor bij zullen trekken.

Zwaar trekt de aarde aan mijn voeten.
Ik ben Atlas die een blubberwereld draagt
en van dit leed sporen nalaat op zijn pad.

Ik ben van Tol op zware voeten
die stout voortstapt over Hollands' wegen
op weg van huis naar nergens en weer terug.